De Chevron is een van de bekendste knopen uit de wereld van vriendschapsarmbandjes, waarin met dun garen armbandjes in allerlei patronen gemaakt worden. Om dit om te zetten in een halsbandvariant gebruiken we in deze tutorial paracord type I en beginnen we de band met de veilige opzet Kosmetik 2.0.

Lengte van de opzet

In deze tutorial wordt er paracord type I gebruikt. Gebruik de MatchMaker tool om leuke combinaties te maken en met de lengte calculator in de MatchMaker bereken je eenvoudig hoeveel type 1 koord je nodig hebt voor jouw project.

Wanneer je micro cord wilt gebruiken, is het handig om vooraf een proefstukje te maken zodat je weet hoeveel touw je nodig zult hebben.

Let op: de calculator in de MatchMaker gaat ervan uit dat je een buckle gebruikt. Als je een 20 mm biothane adapter met holnieten van Paracord.eu gebruikt, bereken je de lengte die je moet knopen door nekomtrek - 7,5 cm aan te houden.

Gebruik je een andere adapter? Dan meet je zoals hieronder afgebeeld de lengte van de adapter en pas je deze formule toe:

Nekomtrek - lengte adapter + 1,5 cm

Als je de Chevron knoopt met 6 kleuren paracord type 1 is je knoopwerk ongeveer 0,8 cm dik en 3,5 cm breed.

Deze materialen worden in de tutorial gebruikt (voor een knoopwerk van 20 cm):

• Kleur A: Marine Blue (2,3 m)
• Kleur B: Caribbean Blue (2,3 m)
• Kleur C: Alpine Green (2,3 m)
• Kleur D: Solar Orange (2,6 m)
• Kleur E: Golden Copper Glamour (2,3 m)
• Kleur F: Ocher Yellow (2,3 m)
• 1x 20 mm BioThane Adapter

Begin van de knoop

Bij macraméprojecten is de opzet net zo belangrijk als bij paracordprojecten. De plek waar de kleuren in je opzet terechtkomen hebben invloed op je hele werk.

In de tekening hieronder zie je dat er zes kleuren gebruikt worden. Geen paniek! In de video wordt dit proces stap voor stap getoond.

Kleur D is de opzet. De andere vijf kleuren zijn op deze manier (en in deze volgorde) toegevoegd:

• C gaat door de lusjes van D heen
• A is een omgekeerde cow hitch om kleur F heen
• E gaat door de lusjes van A
• F is een cow hitch in het midden
• B gaat door het lusje van F

Patroon lezen

Is de opzet gelukt? Top! Nu ga je verder met het patroon zelf. Het lezen van de macramé patronen kan even wennen zijn, maar zodra je het systeem begrijpt, kun je ieder macramé patroon lezen.

Het patroon Chevron, letterlijk ‘vissengraat’, uit deze tutorial is een klassiek patroon waarbij iedere kleur een pijl vormt die tijdens het knopen naar beneden wijst.

Kleuren worden aangegeven met letters

Anders dan bij paracord knopen, wordt er hier gebruikgemaakt van letters om de kleuren aan te duiden. De toekenning van de letters is gebaseerd op de volgorde waarin je de kleuren als werkdraad gebruikt bij het knopen. De eerste stappen van dit patroon leg je met A als werkdraad en F is de laatste van de zes kleuren die je als werkdraad gebruikt.

Basis macramé knopen

Er zijn 4 basisknopen waarmee je vrijwel alle patronen voor vriendschapsarmbandjes kunt maken. Voor dit specifieke patroon heb je maar twee van deze vier nodig: de voorwaartse knoop en de achterwaartse knoop.

De voorwaartse knoop gaat van links naar rechts en de achterwaartse knoop gaat van rechts naar links. Wijst de pijl in het patroon naar rechts? Dan maak je dus een voorwaartse knoop. Wanneer de pijl in het patroon naar links wijst, maak je een achterwaartse knoop.

Kleuren volgen

De pijlen in de cirkels geven dus aan hoe de knoop gelegd moet worden, maar dat valt ook af te leiden aan hoe de kleuren lopen. De kleur van de cirkel geeft aan dat die kleur de werkdraad is, dus met die kleur leg je de knoop om de andere kleur, de vuldraad, heen. De andere kleur die je naar de cirkel ziet lopen is deze vuldraad.

Voorbeeld: Zie de derde cirkel op rij 1. Deze cirkel is in kleur A, wat betekent dat de streng van kleur A de werkdraad is. De andere kleur die naar deze cirkel loopt, is F, dus kleur F is de vuldraad. Met streng A wordt er dus een voorwaartse knoop om de streng van kleur F gelegd.

Video tutorial